Acm.nl gebruikt cookies om het gebruik van de website te analyseren en het gebruikersgemak te verbeteren. Lees meer over cookies

Uitspraak CBb in de zaak Boomkwekerijen

Op 10 april 2014 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) uitspraak gedaan in de zaak Boomkwekerijen. Het CBb bevestigt dat de betrokken ondernemingen, steeds in wisselende samenstelling, afspraken maakten voorafgaand aan de inschrijving op aanbestedingen van leveranties van boomkwekerijproducten aan gemeenten in de periode van 1998 tot 2004. De afspraken hielden in dat de betrokken ondernemingen elkaar informeerden dat zij waren benaderd door een gemeente om op een aanbesteding in te schrijven, zodat de betrokken ondernemingen konden vaststellen of het zinvol was om voorafgaand aan de inschrijving op de betreffende aanbesteding leveranties te verdelen en inschrijfprijzen af te stemmen. Bij het maken van deze afweging was van belang of er andere dan de betrokken ondernemingen, de zogenoemde “buitenommers”, aan de aanbesteding bleken mee te doen.

De leveranties aan gemeenten werden op de volgende manieren door de betrokken ondernemingen verdeeld: toerbeurtsysteem; wijkverdeling; productverdeling; en een gemeenteverdeling. De betrokken ondernemingen kenden elkaar ook vergoedingen toe, die konden bestaan uit een geldelijke vergoeding of het mogen leveren van boomkwekerijproducten aan de laagste inschrijver. De betrokken ondernemingen wisselden onderling per fax of telefoon de inschrijfprijzen uit waarmee zij voornemens waren op de aanbesteding in te schrijven. Nadat de betrokken ondernemingen onderling de voorgenomen inschrijfprijzen hadden uitgewisseld, werd in onderling overleg vastgesteld met welke inschrijfprijzen de betrokken ondernemingen definitief op de aanbesteding inschreven.

Het CBb stelt voor beide ondernemingen vast dat zij artikel 6 Mededingingswet hebben overtreden. Voor een bedrijf, Darthuizer, wordt de boete vastgesteld op EUR 432.939. Ten aanzien van het tweede bedrijf, Mart van den Oever, beslist het CBb dat ACM als gevolg van verjaring geen boete had mogen opleggen. Het oordeel van het CBb is definitief: tegen deze uitspraak kan geen beroep meer worden aangetekend.

De overige betrokken ondernemingen hebben geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid bezwaar in te dienen en vervolgens (hoger) beroep in te stellen.

Bekijk de CBb uitspraken in de zaak boomkwekerijen

Bekijk de uitspraak van de rechtbank Rotterdam in de zaak boomkwekerijen

Meer in deze zaak