Acm.nl gebruikt cookies om het gebruik van de website te analyseren en het gebruikersgemak te verbeteren. Lees meer over cookies

Tussenuitspraak CBb in Beroep Tarieven Stedin Elektriciteit 2021

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft een tussenuitspraak gedaan in een zaak tussen Coöperatie Energie Samen U.A. en de Autoriteit Consument en Markt (ACM) over de tarieven voor meerlengte verbindingen die netbeheerder Stedin Netbeheer N.V. in rekening mag brengen.

Energie Samen vindt dat Stedin te hoge tarieven rekent voor aansluitingen met een capaciteit van 1000 tot 10.000 kVA met een verbinding die langer is dan 25 meter. Volgens Energie Samen is de eenmalige aansluitvergoeding die Stedin voor deze aansluitingen rekent hoger dan de werkelijke kosten die Stedin hiervoor maakt. Dit is volgens Energie Samen in strijd met artikel 41b, eerste lid, van de Elektriciteitswet.

De ACM heeft eerder geconcludeerd dat Stedin voldoende heeft onderbouwd dat het tarief voor de meerlengteverbindingen is gebaseerd op de werkelijke kosten die zij maakt. Daarom heeft de ACM het bezwaar van Energie Samen eerder ongegrond verklaard.

In de tussenuitspraak oordeelt het CBb dat de ACM uit de door Stedin gegeven kostenonderbouwing terecht heeft afgeleid dat de opgenomen kostensoorten kwalificeren als rechtstreekse kosten. Het CBb concludeert echter ook dat de ACM onvoldoende heeft uitgelegd dat de kosten die Stedin heeft opgenomen in een 15% toeslag kunnen worden gezien als rechtstreekse kosten voor het tot stand brengen van de aansluiting. Op dit punt moet de ACM haar besluit nader onderbouwen.

De andere argumenten die Energie Samen had aangevoerd, wees het CBb af. Zo hoefde de ACM de hoogte van de door Stedin opgevoerde kostenposten niet verder te onderzoeken met een accountantsverklaring. Anders dan Energie Samen suggereerde, heeft Stedin ook geen kosten in rekening gebracht voor inkomsten die zij in het verleden is misgelopen. Verder vindt het CBb dat niet alleen de kosten die Energie Samen had genoemd kunnen worden gezien als rechtstreekse kosten. Ook voorbereidingskosten kunnen daartoe worden gerekend, maar algemene overheadkosten niet.

De tussenuitspraak betekent dat de ACM op één punt haar besluit over de tarieven voor meerlengte verbindingen nader moet herstellen. Daarna zal het CBb definitief uitspraak doen in deze zaak.

Lees de uitspraak van het CBb.

Zie ook